compacte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- com·pac·te
Bijvoeglijk naamwoord
compacte
- verbogen vorm van de stellende trap van compact
- ▸ Haar wijsvinger ging naar de aan-uitknop, maar bleef tien centimeter voor het compacte paneel hangen.[1]
Verwijzingen
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
compactar |
compacte