choller

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • chol·ler
Woordherkomst en -opbouw
  • Antiliaans-Nederlands [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord choller chollers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de chollerv / m

  1. iemand die verslaafd is aan drugs
     Voorbeelden van mogelijke Caraïbische woorden zijn: bolita, dushi, faderen, gasbom, kets, pika, suikerdiefje, choller en makamba.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. choller op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink Weblink bron “Dushi in het nieuwe Groene Boekje” (10-06-2013), NOS