cancelden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- can·cel·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
cancelen |
cancelden
- meervoud verleden tijd van cancelen
- Wij cancelden.
- Jullie cancelden.
- Zij cancelden.
- Wij cancelden.
Gangbaarheid
- Het woord cancelden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.