beschroomd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beschroomd (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·schroomd
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘bedeesd’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1599 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | beschroomd | beschroomder | beschroomdst |
verbogen | beschroomde | beschroomdere | beschroomdste |
Bijvoeglijk naamwoord
beschroomd
- geremd door gevoelens van onzekerheid, schaamte of verlegenheid
- Zij is er niet beschroomder op geworden, geloof ik.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord beschroomd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "beschroomd" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[2] |