bakelieten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bakelieten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ba·ke·lie·ten
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | (alleen attributief) |
verbogen | bakelieten |
Bijvoeglijk naamwoord
bakelieten
- van bakeliet gemaakt
- Heeft u in uw woning nog bakelieten stopcontacten, schakelaars. en deurklinken?
- ▸ Op een hoge tafel in de hoek stond een grote bakelieten radio met een verzilverde draaischijf waarin vooroorlogse zendstations waren gegraveerd. Waarschijnlijk zou hij met de juiste transformator nog aan de praat te krijgen zijn. Maar er zou niet dezelfde muziek uit opklinken als vroeger.[1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord bakelieten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 17