avveiende

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • av·vei·en·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het voorvoegsel av-
Naar frequentie zeldzaam

Werkwoord

avveiende

  1. zwakke verbuiging onvoltooid (tegenwoordig) deelwoord bedrijvende vorm van avveie