amortiseerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- amor·ti·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
amortiseren |
amortiseerde
- enkelvoud verleden tijd van amortiseren
- Ik amortiseerde.
- Jij amortiseerde.
- Hij, zij, het amortiseerde.
- Ik amortiseerde.
vervoeging van |
---|
amortiseren |
amortiseerde