aanstormden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanstormden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanstɔrəmdə(n) / (3 of 4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·storm·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanstormen |
aanstormden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanstormen
- ...dat wij aanstormden.
- ...dat jullie aanstormden.
- ...dat zij aanstormden.
- ...dat wij aanstormden.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanstormden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.