aanstaarden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanstaarden (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanstardə(n) / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·staar·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanstaren |
aanstaarden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aanstaren
- ...dat wij aanstaarden.
- ...dat jullie aanstaarden.
- ...dat zij aanstaarden.
- ...dat wij aanstaarden.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanstaarden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.