aanmonster
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanmonster (hulp, bestand)
- IPA: / ˈanmɔnstərə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·mon·ster
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanmonsteren |
aanmonster
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanmonsteren
- ... dat ik aanmonster.