aangepasters
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aangepasters (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaŋɣəˌpɑstərs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ge·pas·ters
Bijvoeglijk naamwoord
aangepasters
- partitief van de vergrotende trap van aangepast
- Dat is iets aangepasters...
Gangbaarheid
- Het woord 'aangepasters' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.