Xanthicus

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Xan·thi·cus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Xanthicus -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de Xanthicusm

  1. (tijdrekening) voorjaarsmaand (rond maart) in de Macedonische kalender die eeuwenlang in de Hellenistische wereld gebruikt is
    De Macedonische kalender was net als de Hebreeuwse lunisolair en kende om de paar jaar een schrikkelmaand, de maanden vallen daarom niet samen met de solaire Gregoriaanse kalender die we tegenwoordig gebruiken.
     Degenen dan, die tot ons afgekomen zijn tot de dertigste dag der maand van Xanthicus, zal de rechterhand gegeven worden met alle verzekerdheid.[2]
Schrijfwijzen
  • xantikus (meer gangbaar in hedendaagse vertalingen)

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 8 november 2021 Weblink bron
    Statenvertaling
    “Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments.”, 2e druk (1657), de Weduwe Paulus Aertsz. van Ravesteijn, Amsterdam, fol. 61 r.
  2. Bronlink geraadpleegd op 8 november 2021 Weblink bron
    Statenvertaling
    “2 Makkabeeën 11:30” op statenvertaling.net