Quiteense
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Qui·teen·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Quiteense | Quiteensen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Quiteense v
- (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Quito, of een vrouw afkomstig uit Quito
Synoniemen
Verwante begrippen
Demoniemen bij Quito in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Quitoër, Quiteen • inwoonster: Quitose, Quiteense • bijvoeglijk: Quitoos, Quiteens |
Bijvoeglijk naamwoord
Quiteense
- verbogen vorm van de stellende trap van Quiteens
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'Quiteense' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.