Dublinse
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Du·blin·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Dublinse | Dublinsen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Dublinse v
- (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Dublin, of een vrouw afkomstig uit Dublin
Verwante begrippen
Demoniemen bij Dublin in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Dublinner • inwoonster: Dublinse • bijvoeglijk: Dublins |
Bijvoeglijk naamwoord
Dublinse
- verbogen vorm van de stellende trap van Dublins
Gangbaarheid
- Het woord 'Dublinse' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.