Naar inhoud springen

terugkrijg

Uit WikiWoordenboek
Versie door HydrizBot (overleg | bijdragen) op 2 mei 2017 om 10:21 (Robot: opschonen van oude interwikilinks)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·rug·krijg

Werkwoord

vervoeging van
terugkrijgen

terugkrijg

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugkrijgen
    • ... dat ik terugkrijg.