Naar inhoud springen

geleerden

Uit WikiWoordenboek
Versie door DifoolBot (overleg | bijdragen) op 18 feb 2016 om 07:11 (audio nld, IPA nld)
  • ge·leer·den

de geleerdenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord geleerde
vervoeging van
geleren

geleerden

  1. meervoud verleden tijd van geleren
    • Wij geleerden. 
    • Jullie geleerden. 
    • Zij geleerden.