Naar inhoud springen

frappeerde

Uit WikiWoordenboek
Versie door DifoolBot (overleg | bijdragen) op 17 feb 2016 om 14:54 (audio nld, IPA nld)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • frap·peer·de
vervoeging van
frapperen

frappeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van frapperen
    • Ik frappeerde. 
    • Jij frappeerde. 
    • Hij, zij, het frappeerde.