Naar inhoud springen
eludía
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van eludir
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van eludir
eludía
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van eludirse
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van eludirse