Naar inhoud springen

afasioloogje

Uit WikiWoordenboek
Versie door DifoolBot (overleg | bijdragen) op 10 feb 2016 om 10:15 (audio nld)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • afa·si·o·loog·je

het afasioloogjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord afasioloog