victimologen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: victimologen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌvɪktimoˈloɣə(n) / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- vic·ti·mo·lo·gen
Woordherkomst en -opbouw
- victimoloog met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de victimologen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord victimoloog
- ▸ Volgens Amerikaanse victimologen zou de strijd om meer slachtofferrechten in de Verenigde Staten rechtstreeks zijn voortgekomen uit de strijd voor burgerrechten, in het bijzonder van vrouwen en andere minderheden (…).[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'victimologen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Jan van DijkVijftig jaar victimologie vanuit wetenschapshistorisch perspectief in: Justitiële verkenningen, jrg. 49 nr. 3 (2023), p. 15