muziekles
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mu·ziek·les
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van muziek en les
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muziekles | muzieklessen |
verkleinwoord | muzieklesje | muzieklesjes |
Zelfstandig naamwoord
- (muziek) (onderwijs) een schoolvak waarin geleerd wordt over muziek en gespeeld wordt op instrumenten.
- ▸ De school spreekt bij de Hindustan Times tegen dat de kelder een strafruimte is. Er zou een activiteitencentrum gevestigd zitten, waar de kinderen kunnen spelen en muziekles krijgen.[1]
Verwante begrippen
- aardrijkskundeles, biologieles, economieles, geschiedenisles, godsdienstles, handvaardigheidles, informaticales, natuurkundeles, scheikundeles, sportles, techniekles, tekenles, wiskundeles
- muziekboek, muziekleraar, muzieklerares, muzieklokaal, muziekonderwijs
Vertalingen
1.een schoolvak waarin geleerd wordt over muziek
Gangbaarheid
- Het woord muziekles staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "muziekles" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “School in India sluit kinderen op om wanbetalende ouders te straffen” (11-07-2018), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Muziek in het Nederlands
- Onderwijs in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %