bejaardenverzorger
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·jaar·den·ver·zor·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bejaardenverzorger | bejaardenverzorgers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de bejaardenverzorger m
- (beroep) iemand die (beroepsmatig) voor hulpbehoevende bejaarden zorgt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord bejaardenverzorger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.