vestimentair
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ves·ti·men·tair
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse vestimentaire met het achtervoegsel -air [1]
stellend | |
---|---|
onverbogen | vestimentair |
verbogen | vestimentaire |
Bijvoeglijk naamwoord
vestimentair [2]
- met betrekking tot de kleding
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'vestimentair' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vestimentair" herkend door:
36 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ vestimentair op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be