polemologischers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·le·mo·lo·gi·schers
Bijvoeglijk naamwoord
polemologischers
- partitief van de vergrotende trap van polemologisch
Gangbaarheid
- Het woord 'polemologischers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.