petit-four

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·tit-four

Zelfstandig naamwoord

petit-four

  1. verouderde spelling of vorm van petitfour tot 1955
     Last van een slecht humeur? Het wordt wel weggespoeld met champagne of weggeslikt met een petit-four.[1]
     Met haar pen in de eene en een petitfour in z'n geplisseerd papieren jurkje in de andere hand, vliegt ze op.[2]
Opmerkingen
  • De officiële schrijfwijze "petitfour" (zonder koppelteken) is pas in het herziene Groene Boekje van 1990 vermeld. Dit was bedoeld als een aanvulling, niet als een wijziging van de spelling. Daarom moet kan dit vanaf 1955 als de officiële schrijfwijze worden beschouwd. Van Dale's Groot Woordenboek van de Nederlandse taal heeft van de 8e (1961) tot en met de 12e druk (1992) nog de schrijfwijze met koppelteken vermeld.

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 9 mei 2020 Weblink bron Bezoeker woonbeurs zwelgt in het verleden in: De Volkskrant op Wikipedia, jrg. 74 nr. 21644 (21 september 1995)
  2. Bronlink geraadpleegd op 9 mei 2020 Weblink bron Traktatie. in: Haagsche Courant op Wikipedia (9 oktober 1916 inuitgave=jrg. 34 nr. 10316), A. Sijthoff jr., 's-Gravenhage, p. 20 (Kikeriki 22, p. 5) kol. 3
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be