ovipositoren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ovipositoren (hulp, bestand)
- IPA: / ˌoviˈpositorə(n) / (6 lettergrepen)
Woordafbreking
- ovi·po·si·to·ren
Woordherkomst en -opbouw
- ovipositor met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de ovipositoren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ovipositor
- De tengere legboren (ovipositoren) van deze Pimplinae sluipwespen zijn meestal zo lang als het totale lichaam van de sluipwesp. [1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'ovipositoren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "De legboor van de sluipwespen." in: National Geographic (december 1999); geraadpleegd 2019-11-28