jongleersters

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  jongleersters    (hulp, bestand)
• IPA: /jɔŋˈlerstərs/, of:  /jɔŋˈɣlerstərs/  bij meer oorspronkelijke uitspraak

Woordafbreking

• jong·leer·sters

Woordherkomst en -opbouw

• jongleerster met uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

de jongleersters mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord jongleerster

   • Wat die jongleersters doen moet je jong leren, anders lukt het je nooit. 

Synoniemen

• jongleuses

Verwante begrippen

• mannelijke vorm: jongleerders