installationerne

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • in·stal·la·tio·ner·ne
Woordherkomst en -opbouw
  • Deense zelfstandig-naamwoordsvorm met het voorvoegsel in-
Naar frequentie 104767

Zelfstandig naamwoord

installationerne, mv

  1. bepaalde vorm nominatief meervoud van installation