handvaardigheidleraartje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hand·vaar·dig·heid·le·raar·tje
Zelfstandig naamwoord
het handvaardigheidleraartje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord handvaardigheidleraar
het handvaardigheidleraartje o