gemakzuchtigen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gemakzuchtigen (hulp, bestand)
- IPA: / ɣəmɑkˈsʏxtəɣə(n) / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- ge·mak·zuch·ti·gen
Woordherkomst en -opbouw
- gemakzuchtige zn met de uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de gemakzuchtigen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord gemakzuchtige
- ▸ Maar wil je compleet zijn dan moet je ook een brief sturen naar de parochie waar je gedoopt bent. Daar zal in het doopboek worden aangetekend, dat je je als lid aan de Kerk hebt onttrokken. Dat is een drempel, die voor gemakzuchtigen al gauw te hoog is.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'gemakzuchtigen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Herman Amelink“In de Moederkerk loop je niet lichtvaardig weg” (25 maart 2010) op nrc.nl