fransk-britiske
Deens
Woordafbreking
- fransk-·bri·tis·ke
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van fransk-britisk
fransk-britiske, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van fransk-britisk
Noors
Woordafbreking
- fransk-·bri·tis·ke
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van fransk-britisk
fransk-britiske, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van fransk-britisk
Nynorsk
Woordafbreking
- fransk-·bri·tis·ke
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van fransk-britisk
fransk-britiske, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van fransk-britisk