dygtige

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • dyg·ti·ge
Naar frequentie 5337

Bijvoeglijk naamwoord

dygtige, g / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van dygtig

dygtige, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van dygtig