aanspreekbaarders
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanspreekbaarders (hulp, bestand)
- IPA: / anˈspreɡbardərs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·spreek·baar·ders
Bijvoeglijk naamwoord
aanspreekbaarders
- partitief van de vergrotende trap van aanspreekbaar
- Dat is iets aanspreekbaarders...
Gangbaarheid
- Het woord 'aanspreekbaarders' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.