Excelsior

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: excelsior

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ex·cel·si·or
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Latijn: steeds hoger [1]

Bijwoord

Excelsior

  1. naam van veel (sport)verenigingen
    • Zo'n middag was het in Groningen. De thuisclub maakte er een feestje van, met afzwaaiende spelers en trainers in het middelpunt. En Excelsior deed er werkelijk alles aan om het plezier niet te bederven. Veel om voor te voetballen hebben beide clubs al even niet meer. Het plekje in de middenmoot was gewaarborgd, de tijd van angstig naar onderen of hoopvol naar boven kijken voorbij. [2] 
    • De muzikanten van Excelsior uit Losser en Concordia hebben zaterdag goed gepresteerd op een concours in de Enschedese Diekmanhal. Beide verenigingen wonnen in hun divisie de eerste prijs. Met 89,33 punt behaalde het tamboerkorps van Excelsior zelfs het hoogste aantal punten van de dag.[3] 

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen