zwepenboom
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwepenboom (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- zwe·pen·boom
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zweep en boom zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwepenboom | zwepenbomen |
verkleinwoord | zwepenboompje | zwepenboompjes |
Zelfstandig naamwoord
de zwepenboom m
- (bloemplanten) Celtis occidentalis een uit Noord-Amerika afkomstige boom die tegenwoordig wordt ingedeeld bij de hennepfamilie (Cannabaceae ). Jonge bomen vertonen een rechte stam met ovale kroon; deze gaat bij groei over in een vertakte stam met een onregelmatige kroon. De verspreid staande, middel tot donkergroene bladeren zijn circa 10 cm lang. De ovale bladeren zijn getand en in een smalle punt uitlopend
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'zwepenboom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] zwepenboom in het Nederlands Soortenregister N
- [1] zwepenboom op Wikidata