zomerbot
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- zo·mer·bot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zomer zn en bot zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | zomerbot | zomerbotten |
| verkleinwoord | zomerbotje | zomerbotjes |
Zelfstandig naamwoord
de zomerbot m
- (straalvinnigen) Paralichthys dentatus
een straalvinnige vissensoort uit de familie van de schijnbotten (Paralichthyidae ). De wetenschappelijke naam van de soort is gepubliceerd in 1766 door Carl Linnaeus 
Hyperoniemen
- schijnbotten, platvissen, stekelvinnigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'zomerbot' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.