winterblues
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: winterblues (hulp, bestand)
Woordafbreking
- win·ter·blues
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van winter en blues zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | winterblues | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (psychologie) verlaagd stemmingsniveau in de winter als de dagen kort zijn
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord winterblues staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.