weersgesteldheid

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  weersgesteldheid    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈwersxəˌstɛlthɛit / (4 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ˈʋɪːrs.χə.ˌstɛl.tɛɪ̯t/, (duidelijk uitgesproken) /ˈʋɪːrs.χə.ˌstɛlt.ɦɛɪ̯t/
  • (Vlaanderen, Brabant): /ˈβ̞eːrs.ɣə.ˌstɛlt.ɦɛːt/
  • (Limburg): /ˈweːrs.ɣə.ˌstɛld.hɛɪ̯d/

Woordafbreking

• weers·ge·steld·heid

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  weer  en  gesteldheid  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	weersgesteldheid	weersgesteldheden
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de weersgesteldheid v

1. (meteorologie) de gesteldheid van het weer, het soort weer

Gangbaarheid

• Het woord weersgesteldheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.