verslapping
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verslapping (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·slap·ping
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van verslappen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verslapping | verslappingen |
verkleinwoord | verslappinkje | verslappinkjes |
Zelfstandig naamwoord
de verslapping v
- het slapper of minder gespannen zijn
- ▸ Een tijdelijke verslapping van zijn aandacht? Of begon hij vermoeid te raken, en zou de afbraak van zijn gouden juichstemming onafwendbaar blijken? Quispel ontkende niet.[2]
- ▸ PSV kwam in het vervolg van de eerste helft nauwelijks in de problemen, maar een moment van verslapping leidde kort voor rust de verrassende gelijkmaker van Basel in. Een lange bal belandde bij Albian Ajeti, die Derrick Luckassen en Jeroen Zoet aftroefde: 1-1.[3]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord verslapping staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
- ↑ Weblink bron “PSV na krankzinnige slotfase langs FC Basel” (23-07-2019), NOS