uheld

Deens

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈuˌhεlˀ /

Woordafbreking

• u·held

Woordherkomst en -opbouw

• Afleiding van het Deense zelfstandige naamwoord hell met het voorvoegsel u-

Naar frequentie	2478

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	uhell	uhellet	uhell	uhellene
genitief	uhells	uhellets	uhells	uhellenes

Zelfstandig naamwoord

uheld, o

1. ongeluk, ongeval
2. euvel, kanker, kwaad, onheil, pech, rampspoed, strop, tegenspoed

Synoniemen

• [1]: kalamitet

Antoniemen

• [2]: held

Afgeleide begrippen

   

[1]: færdselsuheld [1]: næstenuheld [2]: trafikuheld [1]: uheldig [1]: uheldigvis [1]: uheldssvanger [1]: uheldsvanger [1]: uheldsvarslende

Uitdrukkingen en gezegden

• [2]: held i uheld

geluk bij een ongeluk

Zelfstandig naamwoord

uheld

1. nominatief onbepaald onzijdig enkelvoud van uhell

Verwijzingen

• uheld in:
  Det Danske Sprog- og Litteraturselskab
  Den Dankse Ordbog op website:ordnet.dk