trosglidkruid

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  trosglidkruid    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• tros·glid·kruid

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  tros  en  glidkruid zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	trosglidkruid	trosglidkruiden
verkleinwoord	trosglidkruidje	trosglidkruidjes

Zelfstandig naamwoord

het trosglidkruid o

1. (bloemplanten) Scutellaria columnae  een overblijvende plant die behoort tot de lipbloemenfamilie (Lamiaceae ). De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeldzaam en stabiel. De soort komt oorspronkelijk uit het oostelijk Middellandse Zeegebied. De plant wordt 25 tot 60 cm hoog. De paarsrode bloemen bloeien van juni tot juli. De vrucht is een splitvrucht. Trosglidkruid komt voor op droge schaduwrijke plaatsen, vaak in duingebieden

Hyperoniemen

• glidkruid, lipbloemenfamilie, zaadplanten, asteriden, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'trosglidkruid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] trosglidkruid in het Nederlands Soortenregister N
• [1] trosglidkruid op Wikidata
• [1] trosglidkruid op "Wilde planten in Nederland en België" ♣