toesturen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  toesturen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• toe·stu·ren

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  toe bw  en  sturen ww 

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
toesturen	stuurde toe	toegestuurd
zwak -d	volledig

Werkwoord

toesturen

1. ditransitief iemand iets ~: iets bij iemand laten bezorgen

   • Wij kregen een bedankje toegestuurd. 

Gangbaarheid

• Het woord toesturen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toesturen" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.