stijfkoppig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stijfkoppig (hulp, bestand)
Woordafbreking
- stijf·kop·pig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | stijfkoppig | stijfkoppiger | stijfkoppigst |
verbogen | stijfkoppige | stijfkoppigere | stijfkoppigste |
partitief | stijfkoppigs | stijfkoppigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
stijfkoppig
- dat iemand niet flexibel is maar altijd blijft vasthouden aan zijn eigen ideeën
- De stijfkoppige man kon niet op andere gedachten gebracht worden.
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord stijfkoppig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stijfkoppig" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ stijfkoppig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be