spreid tentoon
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spreid ten·toon
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tentoonspreiden |
spreid tentoon
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tentoonspreiden
- Ik spreid tentoon.
- gebiedende wijs van tentoonspreiden
- Spreid tentoon!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tentoonspreiden
- Spreid je tentoon?
Gangbaarheid
- Het woord spreid tentoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.