spotlijster
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: spotlijster (hulp, bestand)
Woordafbreking
- spot·lijs·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spot ww en lijster
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spotlijster | spotlijsters |
verkleinwoord | spotlijstertje | spotlijstertjes |
Zelfstandig naamwoord
- (zangvogels) Mimus polyglottos een zangvogel uit de familie spotlijsters (Mimidae). Het verenkleed is lichtgrijs met een lange staart. De vleugels zijn donkerbruin met witte vlekken en strepen. Het zijn zeer goede imitators. De lichaamslengte bedraagt 23 tot 28 cm
- De spotlijster is bekend van tuinen en parken en valt op door zijn uitbundige zang waarin allerlei andere vogels geïmiteerd worden.
Hyperoniemen
Verwante begrippen
- bahamaspotlijster, bergspotlijster, blauw-witte spotlijster, blauwe spotlijster, bruinrugspotlijster, cactusspotlijster, Californische spotlijster, campospotlijster, cozumelspotlijster, Chileense spotlijster, españolaspotlijster, floreanaspotlijster, galapagosspotlijster, geschubde spotlijster, gevlekte spotlijster, grijze sidderspotlijster, grijze spotlijster, krombekspotlijster, langsnavelspotlijster, langstaartspotlijster, Patagonische spotlijster, roodbuikspotlijster, rosse spotlijster, sancristobalspotlijster, sidderspotlijster, socorrospotlijster, tropische spotlijster, witbandspotlijster, witborstspotlijster, witoogspotlijster, woestijnspotlijster
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- Indien spotlijster wordt beschouwd als individu van de familie of andere groep spotlijsters zie dan Hyponiemen spotlijsters
Gangbaarheid
- Het woord spotlijster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.