reis- en kredietbrief
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: reis- en kredietbrief (hulp, bestand)
- IPA: / ˌrɛisəŋkrɛˈdidbrif / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- reis- en kre·diet·brief
Woordherkomst en -opbouw
- samentrekking van reisbrief en kredietbrief, van "Internationale Reis- en Kredietbrief" in 1956 door de ANWB ingevoerd als productnaam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | reis- en kredietbrief | reis- en kredietbrieven |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de reis- en kredietbrief m
- document waarmee automobilisten bij mechanische of medische problemen in het buitenland meteen gebruik kunnen maken van hulpverlening en daarvoor pas na terugkeer betalen
- ▸ “We waren oorspronkelijk een toeristenbond voor kampeerders”, gaat Kaper verder. “Zodra mensen begonnen met de grens over te gaan, introduceerden wij de reis- en kredietbrief.”[1]
- ▸ De reis- en kredietbrief kent al coupons waarmee over de grens in geval van nood garages, sleepbedrijven, onderdelen en medische kosten kunnen worden betaald.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'reis- en kredietbrief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “ANWB trekt stekker uit Fox Verre Reizen, alle merken verder onder één naam” (30 juni 2021) op reisbizz.nl
- ↑ Weblink bron “Protest Consumentenbond tegen proef met reis- en kredietbrief” (13 mei 1992) op trouw.nl