pruikerig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pruikerig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• prui·ke·rig

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van pruik met het achtervoegsel -erig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	pruikerig	pruikeriger	pruikerigst
verbogen	pruikerige	pruikerigere	pruikerigste
partitief	pruikerigs	pruikerigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

pruikerig

1. duf, bekrompen en conservatief

Synoniemen

• stijf, trutterig, burgerlijk, conventioneel, ouderwets

Gangbaarheid

• Het woord pruikerig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pruikerig" herkend door:

58 %	van de Nederlanders;
54 %	van de Vlamingen.