partnerruil

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  partnerruil    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• part·ner·ruil

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  partner  en  ruil 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	partnerruil	partnerruilen
verkleinwoord	partnerruiltje	partnerruiltjes

Zelfstandig naamwoord

de partnerruil m

1. (seksualiteit) tijdelijke ruil van seksuele partners door paren

Verwante begrippen

• parenclub, swinger, swingerclub, swingerfeest

Vertalingen

    1.   

Spaans: intercambio de pareja (es) m

Gangbaarheid

• Het woord partnerruil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "partnerruil" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.