ongrammaticaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·gram·ma·ti·caal
Woordherkomst en -opbouw
- antoniem van grammaticaal met het voorvoegsel on-
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | ongrammaticaal | ongrammaticaler | ongrammaticaalst |
verbogen | ongrammaticale | ongrammaticalere | ongrammaticaalste |
partitief | ongrammaticaals | ongrammaticalers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
ongrammaticaal
- (grammatica) niet in overeenstemming met de grammatica van een taal
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord ongrammaticaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.