naleving
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·le·ving
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van naleven met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | naleving | nalevingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de naleving v
- het naleven
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord naleving staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "naleving" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be